Politiek & Maatschappij
Typography

Gebruikerswaardering: 5 / 5

Ster actiefSter actiefSter actiefSter actiefSter actief
 

Luchtbescherming vanaf de toren van de Dorpskerk in Bodegraven. Foto: archief - Door: Cock Karsen - NLMagazine/Bodegraven, Herdenkingsjaar mobilisatie, oorlogsjaren - Dit jaar zal er veel aandacht zijn voor de gebeurtenissen die zich 85 en 80 jaar geleden afspeelden in onze regio. In deze verhalen besteden wij daar de komende tijd ook aandacht aan.

Om te beginnen bij de mobilisatietijd in 1939

Terwijl Bodegraven in 1938 opgelucht ademhaalde omdat de crisis en de werkloosheid begon af te nemen, was de wereld om ons heen sterk in beroering. Toen in september 1938 Hitler Sudeten bij Duitsland inlijfde, steeg de spanning en begon menigeen te hamsteren. Veel Duitse Joden ontvluchtten hun vaderland en trachtten in Nederland onderdak te vinden. In Bodegraven werd een collecte gehouden om Joodse kinderen in kindertehuizen op te vangen.

Ook begon men in Bodegraven zelf ongerust te worden. Er waren geen loopgraven of schuilkelders, of iets van verdediging. Pas in 1939 werd dat enigszins aangepakt: er werden oefeningen gedaan voor luchtbescherming, waarover M. Vervoorn het commando kreeg en J.P. Veerman als hoofd van de luchtbescherming werd aangesteld. Hij en chef veldwachter J. Fioole volgden een speciale cursus in luchtbescherming.

Er werden uitkijkposten geïnstalleerd op de Watertoren en de Dorpskerk (zie foto), de Willibrorduskerk en op het dak van de fabriek van Hero de Groot in de Willemstraat. De eerste oefeningen waren geslaagd, maar toen de oorlogsdreiging enigszins afnam, werd de belangstelling van de bevolking ook een stuk minder. Wel werd een speciale vereniging voor Luchtbescherming opgericht die de burgers leerde hoe men moest verduisteren en hoe men moest reageren als er gasaanvallen zouden plaatsvinden. Er werden ook schuilloopgraven gegraven bij het station en op de Nieuwe Markt. Er kwamen daarnaast schuilkelders onder panden aan de Le Coultrestraat en de Kerkstraat.

Ook in Waarder en Driebruggen werd een luchtbeschermingsdienst ingesteld. In de Lange Ruige Weide werd watermolenaar B. van Vliet diensthoofd en in Waarder kreeg boer J. Hofland dezelfde functie. Verder kwam er een dienst die zich speciaal bezighield met het verstrekken van gasmaskers. Beide dorpen, die zo dicht bij de nieuwe Rijksweg lagen, hadden de luchtbescherming later hard nodig.

Mobilisatie

Bodegraven werd een garnizoensplaats. De mobilisatie begon met de zogenaamde ‘voormobilisatie’ eind augustus 1939, waarbij het dorp werd overstroomd met troepen van het Rode Kruis. Hotels en alle scholen moesten ontruimd worden om de manschappen te kunnen huisvesten. Dit was echter slechts een aanloop tot de volledige mobilisatie die al snel volgde. Engeland verklaarde aan Duitsland de oorlog toen dit land begin september Polen binnentrok, waarna Nederland alle soldaten mobiliseerde. 

Deze mobilisatie zette het rustige Bodegraven volledig op zijn kop, omdat het dorp een belangrijke mobilisatieplaats werd, met boerderij Knodsenburg als mobilisatiecentrum. De Rode Kruis-troepen werden vervangen door de legering van transportbataljons. Naast alle scholen en het Beursgebouw op de markt werden de soldaten ook gehuisvest bij particulieren in het dorp, en ook bij veel boerderijen aan de Noord- en Zuidzijde. Duizenden soldaten overstroomden het dorp. Het verenigingsleven en de scholen kwamen stil te liggen, omdat de lokalen en vergaderruimten door de soldaten waren ingenomen. Het Oranjefeest van 31 augustus en de reis die door de middenstand was georganiseerd voor de klanten, werden afgelast.

Ondanks deze ontregeling van het gewone leven vonden de Bodegravers de komst van de soldaten wel gezellig. Ze werden overal gastvrij ontvangen. De manschappen waren voor een groot deel vrijwilligers uit de rijen van de Bijzondere Vrijwillige Landstorm, die tot hun teleurstelling toch ook gemobiliseerd waren, hoewel zij niet dienstplichtig waren.

Bron: KijkopBodegraven/Reeuwijk

Quote

NOS politiek

e-Matching