Foto: Archol - NLMagazine/Valkenburg, Erfgoederen, geschiedenis, archeologie - Het archeologisch onderzoek in de Limesbuurt in Valkenburg (ZH) is zo goed als afgerond. In de laatste weken van het onderzoek werd nog een grote dam gevonden.
De damstructuur is de vierde waterbouwkundige constructie uit de Romeinse tijd die is gevonden op deze onderzoekslocatie. Nergens in Nederland zijn zoveel waterbouwkundige constructies uit de Romeinse tijd onderzocht als hier in Valkenburg.
Sinds februari van dit jaar wordt archeologisch onderzoek uitgevoerd in Valkenburg, gemeente Katwijk. Het onderzoek wordt uitgevoerd door archeologen van Archol en ADC Archeoprojecten in opdracht van BPD Bouwfonds Gebiedsontwikkeling met directievoering van Green Archaeology. Op deze locatie zal de toekomstige wijk Limesbuurt verrijzen.
Waterbouwkundige constructies
De opgegraven dam meet ongeveer 19 bij 34 meter en is daarmee een van de grotere dammen die tot op heden in Nederland zijn ontdekt uit deze periode. De dam lag in een circa 20 meter brede geul die in verbinding stond met de Rijn. De bedekte weg is aan beide kanten beschoeid met houten palen die meters diep de grond in gaan. Tussen de palen zijn rietpakketten en graszoden gebruikt om de dam te bouwen. Aan de bovenzijde van de palen lagen balken die de palen bijeen moesten houden. Een van de balken bevat sporen die erop wijzen dat deze hergebruikt is. Diverse reparaties aan de dam wijzen erop dat deze te lijden heeft gehad van grote overstromingen.
Opvallend is dat de loop van de geul is verlegd door de aanwezigheid van de dam. Nog onduidelijk is of dit de bedoeling was van de dambouwers of dat de verlegging van de geul een onbedoeld effect was van de aanleg van de dam. De geul waarin de dam is gelegen, splitst zich na circa 100 meter op in 2 kleinere zijtakken. In een van deze zijtakken troffen de archeologen eerder al 3 brugconstructies aan uit de Romeinse tijd. Er zijn aanwijzingen dat er nog een dam in de geul ligt, waarmee de teller wat betreft waterbouwkundige constructies op 5 komt te staan.
Eerdere vondsten
Bij het onderzoek in 2020 bij het legioenskamp zijn ook al 4 houten duikers ontdekt, in een watergang die direct grenst aan het huidige onderzoeksgebied. Dit maakt het totaal aan waterbouwkundige constructies op een betrekkelijk klein gebied tenminste 9: 2 dammen, 3 brugconstructies en 4 duikers. Er zijn nergens in Nederland zoveel waterbouwkundige constructies gevonden als op en rond de huidige onderzoekslocatie.
Unieke vondst: een paar Romeinse schoenen
Er zijn, naast een eerder gevonden houten brug, twee Romeinse leren schoenen naast elkaar aangetroffen. Hoewel de schoenen deels zijn vergaan, is inmiddels zeker dat de twee schoenen bij elkaar horen, links en rechts. Het gaat om zwaar bespijkerde mannenschoenen, maat 42/43, die helemaal zijn doorgesleten langs de buitenkant van de hiel en dus duidelijk heel lang in gebruik zijn geweest. Ze kunnen worden gedateerd tussen 175 en 225 na Christus. De zool loopt uit tot een vrij scherpe punt, waardoor de schoen iets weg heeft van een cowboylaars. De bespijkering onder de zool kan wijzen op militair gebruik, maar dat is niet zeker: in deze periode werd bespijkering door iedereen gedragen.
Foto: Archol
Er worden vaker leren schoenen uit de Romeinse tijd gevonden (ook in Katwijk), dat is op zich dus niet zo bijzonder. Wat in dit geval echt uitzonderlijk is, is dat het hier een páár betreft: een linker- en rechterschoen. Nog bijzonderder en zelfs ronduit uniek in Nederland is de context: de schoenen zijn niet samen weggegooid (bijvoorbeeld in een afvalkuil), maar zijn gevonden in de positie waarin de eigenaar, mogelijk een Romeinse soldaat, ze ooit verloren is. Dat maakt deze vondst een geweldig inkijkje in een hele specifieke gebeurtenis uit de Romeinse tijd. Het doet denken aan een bekende scene uit Asterix en Obelix, waarbij een Romeinse soldaat uit zijn schoenen wordt geslagen. Toch is hier iets anders aan de hand: de schoenen hebben zichzelf vastgezogen in de modder en de klei, en de eigenaar kon alleen maar wegkomen door de schoenen achter te laten in de blubber. Dat is een situatie die zeer herkenbaar is voor de archeologen in het veld. Misschien was dat, omdat ze duidelijk al wat ouder waren, niet zo’n hele grote ramp, maar toch zal hij er destijds zeker niet blij mee zijn geweest.
Bron : Erfgoedstem, Haarlems Dagblad