Laat ik om te beginnen vertellen dat ik een diep respect heb voor de restaurantketen Loetje. Deze jongens veroveren met grote voortvarendheid het Nederlandse culinaire landschap en ik heb begrepen dat ze inmiddels ook de grens over willen voor internationale expansie. Wat mensen in dit concept zien is mij niet duidelijk want de biefstukken zijn abominabel en de rest van het menu is ook niet om over naar huis te schrijven; maar gezien het succes van de keten zal ik het wel niet begrepen hebben.
Dus werd het tijd om een hernieuwde poging te wagen en te ontdekken waarom half Nederland hier mee wegloopt.
Ik had ooit een keer voor € 20,- een tong gegeten bij Loetje Laren en die had wel indruk op mij gemaakt. Zeker gezien de prijs/kwaliteit verhouding. Toen mijn vaste vrijdagmiddag lunchpartner dan ook voorstelde om te gaan lunchen bij Loetje aan het IJ moest ik gelijk weer hier aan denken. Vooruit we gaan het doen. Op naar Loetje.
Ook bij Loetje aan het IJ –schitterende locatie trouwens- had corona er flink ingehakt en zat de zaak half leeg. Althans ik ging ervan uit dat de oorzaak corona was maar dat kan ook andere redenen hebben gehad.
De tong stond gelukkig op de kaart. Weliswaar voor € 25,- maar we waren inmiddels een paar jaar verder en er heerste algehele schaarste. Dus begrijpelijk.
De bestelde fles Viognier smaakte uitstekend en voor € 26,50 per fles kom je in de gemiddelde horeca deze kwaliteit niet vaak tegen. Het zonnetje scheen en het uitzicht over het IJ was prachtig Kortom; het beloofde een mooie middag te worden.
Ik bestelde dus de tong en mijn tafelgenoot bestelde de kalfslever met spek en uien. Ook al zo’n klassieker.
De serveerster vermoedde dat de tong op was en ging dit eerst even in de keuken navragen.
Gelukkig kwam ze even later terug met de mededeling dat er nog net voor één persoon tong was. Het grote verheugen kon beginnen. De wijn smaakte prima en de begeleidende garnalenkroketjes waren ok.
Toen kwamen de hoofdgerechten en was het gedaan met de pret. In plaats van één tong lagen er twee op mijn bord. Mijn opmerking dat ik er maar één besteld had werd gepareerd met dat er altijd twee werden geserveerd.
Nu begrijp ik dat Loetje over een enorme inkoopkracht beschikt en als zodanig de scherpste prijzen bedingt, maar twee tongen serveren voor een prijs van € 25,- lijkt mij enigszins overdreven en zelfs voor Loetje niet haalbaar. Daarnaast lagen die twee beesten op mijn bord erbij alsof de kok had besloten ze opnieuw zwemles te geven in de frituur. Het uitzicht was in ieder geval niet appetijtelijk.
U kent dat wel, zo’n bordje met eten waar je naar zit te kijken met het idee dat opeten niet zo’n goed plan is.
Daarnaast is er nog iets anders. Het is minachting voor de gast. Ik bestel een tong en wanneer ik er twee wil hebben dan zeg ik dat. Ik wil het niet. Ik ben geen grote eter. Kwaliteit boven kwantiteit. Wanneer ik een biefstuk bestel bij Loetje dan krijg ik er toch ook geen twee?
Ik moest dan ook gelijk weer denken aan die serveerster die twijfelde of er nog wel tong was en dat in combinatie met een kok –nou jaaah; kok? Laten we zeggen keuken medewerker- die roept dat er nog twee liggen en dat deze mee mogen voor de prijs van één. Ik zie het gebeuren.
Na twee, drie happen was ik er wel achter; deze vis, die vanwege de olie bijna van het bord glibberde, was nog een paar uur te consumeren voordat de ontbinding definitief zou intreden.
Maar dan mij tafelgenoot. Het bordje met de lever en de overige garnituren werden neergezet en met verbijstering zaten we ernaar te kijken. Wanneer u wel eens in Azië bent geweest dan zult u zich ongetwijfeld de restaurants kunnen herinneren waar men in de etalages plastic sculpturen neerzetten van hun gerechten. Deze dienen als voorbeeld voor de gasten, zodat ze exact weten wat ze kunnen verwachten en ze dienen als voorbeeld voor de koks.
Je wordt er niet vrolijk van maar het is wel effectief.
Zo’n bord stond dus voor de neus van mijn tafelgenoot. Althans daar leek het verdacht veel op.
De eerste hap ging net zo snel weer naar buiten als dat deze naar binnen was gegaan. Het eten bleek ijskoud te zijn.
En nu komt het! Na dit bij de serveerster gemeld te hebben, werd het bord meegenomen naar de keuken zonder enige vorm van verbazing. Alsof het een dagelijkse gang van zaken was.
Maar wat is er dan gebeurd? Waar was dat bordje vandaan gekomen? Stond het nog ergens van de avond ervoor en hoe werkt dat dan? Welke keukenmedewerker heeft het lef gehad om dit bordje ergens vandaan te pakken en voor de serveerster neer te zetten met de opmerking dat dit meegenomen kon worden samen met twee gefrituurde tongen? Denken ze dat het restaurant bevolkt wordt door gekken? Blijkbaar wel.
Niemand heeft het verklaard en excuses hebben we niet gehad.
15 minuten later kwam er iemand in een koksbuis naar onze tafel met een dampend bordje lever en de verheugende mededeling: ‘Kijk eens, vers voor u gebakken’! Inderdaad, het was warm.
Ik begrijp inmiddels het succes van Loetje. Het is er niet te duur, de wijn is prima en de bediening is heel plezierig in de omgang. Je moet er alleen niet gaan eten, tenzij zelfkastijding onderdeel is van je dagelijkse ritueel.
Jean Culinair