NL Magazine Kunst - “Wat zit ik nou de hele dag te doen… Ik sta op, ga werken, lees en produceer een paar uur. Ik heb 10 tot 12 uur per dag nodig om te werken. Zit gewoon in mijn systeem. Als je niet gepubliceerd wordt hebben de mensen al snel de indruk dat je aan het lanterfanten bent. Niets is minder waar. Ik werk iedere dag, 7 dagen per week. Aan mijn boeken, gedichten, aforismen en spreuken, zelfs een tijdje aan columns en als klapstuk een toneelstuk. Dat alles zit in de mappen.”
Marco Termes zit op zijn gemak aan tafel. We kennen elkaar al een tijdje.
Je bent nu ruim een jaar aan het werk aan je nieuwe roman. Hoe wil dat vlotten? Normaal werk je een half jaar aan een roman.
“Ik heb er eerst een half jaar over gedacht. Op een gegeven moment moet je ergens beginnen en gewoon in het diepe duiken. Of dat nou kut is of niet. Je moet gewoon beginnen. Dat is de truc. Anders ga je zo alles uit zitten denken dat er geen hoofdstuk af komt. Ik heb een centraal karakter en daar doe ik het mee. En daar omheen verzin je van alles en nog wat. Uiteindelijk moet je op de startknop drukken en de rest zien we wel. Je moet gewoon beginnen.”
Voordat je nieuwe boek het levenslicht aanschouwt, staan er eerst nog andere dingen in de planning.
“Ja, hopelijk in oktober. Dat is tenminste mijn planning. Ik ben vanaf maart al bezig om het te plannen. Het is nu bijna oktober en de boeken moeten nog gedrukt en verzonden worden.”
Waar gaat het over?
“Oh, er worden twee dingen geproduceerd. Een verzamelbundel van mijn poëzie, in oktober ben ik ook vijftig jaar dichter. Ik ben daarmee op mijn veertiende begonnen. Er is een selectie gemaakt uit de 1250 gedichten die ik had aangeleverd. Dat was budget technisch niet haalbaar, en daarbij moet ik ook de kanttekening plaatsen dat ik niet altijd tienen schrijf. Op het moment zelf denk je van OK, maar 20 jaar later het gedicht teruglezend denk je: wat een broddelwerk. Maar ik wil ook niet alleen maar de hoogtepunten laten zien. Die worden juist mooier als je ook de matige gedichten laat zien. Omdat dat ook bij me hoort. Ik heb bijna altijd wel iets van, dat kan beter. Vaak kan het ook veel slechter. Maar je kunt het beter wel opschrijven. Liever iets hebben om weg te gooien dan het niet op te schrijven. Ik ben zelf mijn eerste toetssteen. Daarna komt de tweede, de mening van anderen. Vaak is die mening milder dan hoe ik zelf naar mijn werk kijk.”
In eerdere gesprekken bleek dat Marco zijn eigen werk edit en dat hij mede daarom de lat erg hoog legt. “Een eventuele uitgever heeft dan zo min mogelijk werk aan mijn manuscripten.”
“Ik vind het op dit moment helemaal niet erg dat ik geen uitgever heb. Ik kan op mijn gemak schrijven, ik heb geen druk. Ten tweede ben ik ervan overtuigd dat ik ooit, in Nederland, iemand tegen ga komen die mijn werk wel snapt en ziet. Een van de dingen die ik goed kan is gecompliceerde dingen begrijpelijk opschrijven. Je kunt dan dingen simpeler maken, maar niet simpel. Dan nog hoor ik met enige regelmaat dat ik gecompliceerd schrijf. Er is een basisniveau dat ik moet hanteren. Anders kan ik beter stripboeken gaan schrijven. Ik meet me helemaal niets aan, onzekerheid hoort ook bij het schrijverschap. Maar ik hoef die onzekerheid niet te vullen met ego, zoals ik collega’s vaak wel zie doen. Dan gaat het niet meer over je werk. Zodra het over ego gaat, haak ik af. Wat mensen van mij vinden als persoon, heeft helemaal niets met de intrinsieke waarde van mijn werk te maken. Ik bedenk het, ik schrijf het en wie ik ben? Ik ben mijn werk niet. Ik zie mijzelf als vakman, die een zo goed mogelijk product wil afleveren. Ook al is het een zesje, dan heb ik toch 100 % gegeven om dat zesje te maken. In deze prestatiemaatschappij moet altijd alles maar een tien zijn. En daar gaan heel veel mensen onder gebukt door alle druk die dat oplevert.”
“Als ik mijn karakters zou zijn geweest, zou ik allang hartstikke dood zijn. Ik ben dus niet mijn werk. Ik heb een gereedschapskist waarin mijn vaardigheden zitten om dingen op te schrijven. Maar die neem ik natuurlijk niet mee naar de kroeg. Ik ben mijn werk niet. Ik produceer het alleen maar.”
Termes zijn leven is breed gevuld met allerlei activiteiten die hem hebben verrijkt. Nederlands kampioen Discodansen en topamateur golfer waren daar onderdeel van. Programmaformats bedenken bij een TV-productiebedrijf ook. “Ik wist eigenlijk al heel jong dat ik schrijver wilde worden. Ik besefte ook dat ik juist levenservaring nodig zou hebben om dat goed te kunnen. Ik heb in mijn jongere jaren best veel geschreven, maar uiteindelijk wist ik dat ik pas later het vak echt goed zou beheersen. Vandaar de nogal brede variëteit aan ondernemingen.”
Hoe heb je ooit je faalangst overwonnen? Hoe ga je met je perfectionisme om?
“Door zo goed mogelijk te worden in wat ik doe. Een andere optie is er niet. Dat perfectionisme heb ik een beetje leren loslaten. Niet dat ik ooit ergens met de pet naar gooi. Dat zit niet in me. Voorbeeld: niemand gelooft dat ik geen talent had om te golfen. Geen is misschien iets overdreven, maar toch. Ik trainde me suf, leerde de finesses en was wel erg goed op de baan. Ik verlies namelijk niet van je, maar je moet wel van me winnen. Hoe jij speelt interesseert me helemaal niets. In mijn bovenkamertje zat het eigenlijk altijd goed. Dat maakte me een geducht tegenstander.”
Vijftig jaar dichter.
“Zoals gezegd begon ik al vroeg met schrijven. Poëzie was waar ik mee begon. Als ik nu terugkijk op dat werk, met veel krullen en poespas, denk ik van; best aardig. Maar er valt een hoop te leren en ontwikkelen. Naast de kunst van het weglaten is levenservaring natuurlijk onontbeerlijk. Een doorleefd gedicht spreekt veel meer aan. Ik had toen wel al een aardige dosis boekenwijsheid opgebouwd. Ik zou die jongen nu onder de arm nemen en begeleiden. Helaas is dat toen niet gebeurd. Ondanks dat ik de meest gelukkige jeugd heb gehad met de beste, wijze en liefste ouders die je je maar kunt wensen. Uitspraak van mijn ouders; ‘wij voeden jou niet op, wij begeleiden jou’. Zo kenmerkend. Op mijn zesde jaar nam mijn vader mij mee naar Mallorca, naar een Kartuizerklooster waar de kamer van Chopin zich bevond. Hij vertelde over Chopin, over George Sand, over het lange wachten op de bestelde piano, een Pleyel. Chopin was een der eersten die op een Pleyel speelde. Hij was verliefd op de lichtheid van de toetsen, op de mechaniek. Dat wordt je dan verteld op je zesde levensjaar. Ze stimuleerden me in alle vrijheid. Maar dat terzijde.
De nieuwe verzamelbundel gaat ‘Zwevende delen’ heten. Het is een dwarsdoorsnede van al mijn werk. Ook de iets mindere gedichten, daar heb ik het al over gehad. De 1250 ingeleverde gedichten zijn niet allemaal tienen. Dat is onmogelijk. Van de 1250 gedichten zijn er ongeveer 600 overgebleven. Het boek telt 430 bladzijden. Ik stuur ook enkele exemplaren naar uitgevers waarin ik nog enigszins vertrouwen heb. ‘In afwachting van uw afwijzing verblijf ik, hoogachtend…’ “
Aan humor ontbreekt het Termes niet, net als de nodige zelfspot.
Mochten er nog uitgevers met oog voor kwaliteit bestaan, dan is het aan te bevelen om Termes zijn gehele oeuvre in de stal op te nemen. Maar dat terzijde en voor rekening van de interviewer.
Naast de verzamelbundel komt ook een boek uit met wat Termes Aforismen noemt. Ruim vijftien jaar, op chronologische volgorde, kunt u de ontwikkeling lezen en meemaken die Termes heeft doorgemaakt. Het boek met de titel ‘Spectrum’ wordt op dezelfde boekpresentatie gedoopt als ‘Zwevende delen’.
‘Spectrum’ is ‘een chronologisch overzicht van inzicht in spreuken, aforismen en gedachten.’
U wordt deelgenoot van de langere termijn conjunctuur, de Kondratiev, van de psychologie van de schrijver. Een kijkje in het hoofd van de schrijver/dichter/denker Marco Termes.’
“Wat ik met dit boek wil bereiken is dat de mensen kunnen zien hoe ik in de loop der tijd mijn denken is ontwikkeld. Of niet. Of dat ik bullshit zit te verkopen. Volstrekt eerlijk. Ook fouten heb ik gewoon laten staan, dat hoort ook bij me. Sommige aforismen slaan misschien als een tang op een varken, maar ook dat hoort bij het creatieve proces. Vijftien jaar op chronologische volgorde.
Er is een stroomversnelling in gekomen, je wordt er geoefender in. Ik schrijf soms ook de dingen dieper uit. Zie Spectrum maar als een psychologisch experiment, uitgesmeerd over 15 jaar, vervat in 3030 spreuken, aforismen en gedachten.”
Boekpresentatie
Termes brengt nu de twee boeken uit, werk dat is verzameld in de loop der tijd. Naast zijn romans, columns, korte verhalen en poëzie nu dan ook spreuken, aforismen en gedachten. Termes beheerst het schrijverschap tot in zijn vezels. “Als ik iets doe, dan ga ik er ook helemaal voor.”
Zaterdag 30 oktober om 16.00 uur is de boekpresentatie van beide bundels in het HDMZ-museum, Louis Davidsstraat 19 te Zandvoort. De schrijver zelf is ter plekke en zal een en ander persoonlijk toelichten over de genoemde boeken. Beide boeken zijn ook, gesigneerd, te koop.
“Of de mensen moeten een open haard hebben, of een lege plank in de boekenkast. Het zijn allebei dikkertjes.”
‘Als er ooit een film over mij wordt gemaakt, dan kun je gewoon een knappe acteur twee uur lang achter een bureau zetten.’ MT 2021
Onno van Middelkoop
Foto & tekst