NLMagazine Literatuur - IJmuiden saai? Dat mag je zelf beoordelen, maar als je de drie boeken van Conny Braam over een familie in IJmuiden vanaf de periode van vlak vóór de start van het graven van het Noordzee in 1865 leest, dan kun je niets anders zeggen dan dat het weliswaar een korte, maar zeker een uitermate boeiende geschiedenis heeft.
`De woede van Abraham`.
Vandaag deel 1. Het gaat over een familie die in 1850 woonde in een huisje in Breesap: een stuk ongeschonden duin, nu precies het gebied waar de sluizen en Hoogovens/Tata Steel staan. Daar begint de familiegeschiedenis van Abraham. IJmuiden bestond niet, wel Velsen en gehuchten als Santpoort. Het verhaal speelt in de tijd dat er net een spoorlijn (stoomtram) was van Haarlem naar IJmuiden. Het boek geeft een mooie sfeertekening van het chique Velsen en Santpoort en de armoedzaaiers in wat IJmuiden heet in die tijd.
Het graafwerk trok veel arbeiders aan. Er was vreeslijke armoede onder deze arbeiders. Velen woonden in gegraven kuilen en hutten. Het gebied waar ze woonden lag ten zuiden van het kanaal, tussen Oud-IJmuiden en het dorp Velsen, ter hoogte van het huidige gemeentehuis. Dit gehucht werd De Heide genoemd. Deze nederzetting groeide langzaam uit tot het dorp Velseroord, het latere IJmuiden-Oost. IJmuiden groeide snel uit tot een volwaardige woonkern. Er werden rederijen, reparatiebedrijven, ijsfabrieken en koelhuizen gevestigd, er verrezen huizen, kerken, hotels en kroegen. Toch is het nooit de bedoeling geweest dat hier een echt dorp zou ontstaan, hoogstens een kleine woongemeenschap voor dienstpersoneel van met name Rijkswaterstaat. Maar de aanvankelijk geïsoleerd gelegen nederzetting groeide uit tot een volwaardige en zelfstandige woonkern tussen havens en sluizen.
Het uitgraven van het kanaal door de duinen (Holland op zijn smalst) in 1865 duurde 4 jaar. Dat deel omvatte slechts 7 kilometer en was een erg riskante onderneming vanwege de te creëren open verbinding met de zee. Niemand durfde dit nieuwe initiatief van Willem I aan. Daarom waren het de Britten die erin investeerden. Die zaten dan ook ten tijde van het graven als toezichthouders en uitvoerders in de landgoederen van Velsen en omgeving. Dat had een enorm contrast met de arme arbeiders met veel ziektes als braakloop en cholera. Ook de inwoners van het chique Velsen hebben een rol en natuurlijk de patriciërs en andere gezagsdragers uit Amsterdam, maar ook uit Den Haag. Grotere contrasten en ongelijkheid kun je niet bedenken. Het graven van het kanaal werd zo een strijd tussen kapitaal en arbeid.
Het Wijkermeer en het hele grote IJ
Rond 1850 lag net ten oosten van Velsen het Wijkermeer en nog verder het enorme IJ. Waterland en andere buitenplaatsen lagen dus aan het Wijkermeer, maar ook Beeckestijn, Velserbeek en Schoonenberg. Zij vormden samen met de vele verdwenen buitenplaatsen een krans langs de voormalige westelijke oever van het Wijkermeer. Nu hebben ze zicht op de N208 en A9. De grootte van het oorspronkelijke IJ was enorm: het IJ liep bij wijze van spreken ten oosten van het Wijkermeer, naar schuin boven (noord/oost) tot ten zuiden van Zaandam tot naar beneden Halfweg en zo verder naar het oosten naar Amsterdam. Als je de A9 neemt vanaf het Rottepolderplein zie je in het oosten en westen de oude dijken nog lopen (het loopt schuin door de A9 heen). In het westen zie je het gehucht Spaarnwoude met kerkje nog net achter de dijk liggen. De golfbaan van Spaarnwoude lag dus midden in dat IJ. Het had een paar kleine eilandjes, waarvan Ruigoord er een was.
Het IJ en het Wijkermeer hadden ooit een directe verbinding met de Zuiderzee en werden maar groter en groter. Nog erger: ten zuiden lag het Haarlemmermeer, dat ook maar groter en groter werd en bereikte Halfweg met zuidwester stormen al bijna. Dit alles vormde een enorme bedreiging voor de stad Amsterdam. Die stad had dus alle belang bij het beheersen van het IJ en omgeving, maar wilde ook een directe verbinding met de Noordzee.
Het deel van het kanaal vanaf Velsen richting Amsterdam is in feite ingepolderd. Dat deel is later diverse malen verder verdiept vanwege de toename van grote en diepe schepen. Nu is de diepte 17 meter (het dak van de Wijker-tunnel, dus als je in die tunnel rijdt zit je snel op min 20 meter).
Hans Wolf
De boeiende beschrijvingen over IJmuiden en de boeken die Conny Braam over deze regio schreef, hebben we onderverdeeld in 3 delen. Dit artikel is de eerste in de serie van 3 delen, die de komende week op nlmagazine.nl zullen verschijnen. De redactie is Hans Wolf zeer erkentelijk voor zijn bijzondere bijdragen en wensen uiteraard onze lezers veel leesplezier. Wilt u alle boeken die Hans beschrijft uitgebreid lezen, dan raden wij u aan om deze aan te schaffen bij de boekhandel.