Collumn door Jan-Dirk van der zee, directeur amateurvoetbal - NLMagazine Sport - In het NRC van afgelopen zaterdag stond een interessant interview met epidemioloog en geriater Rudy Westendorp.
Hij pleit voor een andere kijk op het coronavirus en hekelt de strenger wordende lockdowns en het gebrek aan samenwerking. Westendorp: “Jaap van Dissel sprak de gevleugelde woorden dat het land ziek is en een medicijn nodig heeft. Ja. Maar als dokter weet ik dat het middel erger kan zijn dan de kwaal. Wat ik tegen politici zou willen zeggen: u bedrijft op grote schaal geneeskunde. Maar ten koste van wat?”
Door mijn werk voor de KNVB spreek ik regelmatig met werkgevers van grote en kleine organisaties. In die gesprekken is de coronacrisis nooit ver weg. Bron van toenemende zorg is het thuiswerken. Werknemers ervaren dat steeds meer als een opgave. Collega’s worden gemist, het werk is inhoudelijk veel minder leuk en er lijkt geen einde te komen aan de dagelijkse videovergaderingen. Pogingen om die sfeer te doorbreken met digitale borrels en virtuele koffie-uurtjes zijn te prijzen, maar onvergelijkbaar met de dynamiek van het echte werk. Laat staan dat je je daardoor minder zorgen gaat maken over de toekomst van je baan en bovendien ligt je sociale leven ook nog eens op apegapen.
Dan is de vraag: wat maakt het bestaan nog een beetje aangenaam? Op het NOS-journaal eergisteren was te zien hoe dat gaat. Terwijl het kabinet nog steeds 'blijf thuis' adviseert, was het druk in de winkelstraten, natuurgebieden en bij de kerstshow in het tuincentrum. Slotsom van een passant: "We mogen bijna niks meer. Dus dat wat wel mag, wordt aantrekkelijker. Een koffie to go halen, is het nieuwe uitje."
Maar hoe lang gaat dit nog goed?
Het gebrek aan beweging en een uitlaatklep? In het amateurvoetbal alleen al, zitten meer dan een miljoen mensen thuis te verpieteren. Heeft het kabinet daar voldoende aandacht voor?
Vooropgesteld, ik heb respect en waardering voor de handelwijze van de regering Rutte. Niettemin wordt het hoog tijd voor een ruimere en frisse blik. Laten we kijken naar wat kan, in plaats van wat niet meer mag. In ons geval betekent dat gewoon weer trainen. Stoppen met dat malle gedoe van maximaal twee volwassen spelers op een veld die een soort silent disco-oefening moeten doen. Voetbal is een teamsport en bewezen veilig voor dertig spelers in de buitenlucht die zich aan de basisregels houden. Tot op heden is nog geen enkel besmettingsgeval in het Nederlandse amateurvoetbal te herleiden naar trainingen op het veld.
Maar als je op voetbal zit, wil je wedstrijden spelen. Daarom heeft de KNVB vorige week Plan B gelanceerd. Hierin worden oplossingen aangedragen om te blijven voetballen in tijden van corona. Denk aan verschillende competitiescenario’s, maar ook gevarieerde voetbalvormen. Laatstgenoemde voor het geval er strengere, of lokale lockdowns worden afgekondigd. Plan B voorziet ook in een coronaloket, waarmee de KNVB verenigingen helpt bij de aanvraag van subsidies en financiële compensatie. Zo willen we ervoor zorgen dat binnen afzienbare tijd weer wedstrijden kunnen worden gespeeld. De competitie starten we het liefst vanaf de tweede week januari, of snel daarna. Doen we dat niet, dan
wordt de financiële nood voor verenigingen nog groter en ondergraven we de unieke Nederlandse clubcultuur.
Is dat het ons waard? Die vraag mogen we onszelf veel vaker stellen. Zeker in Den Haag.
PS Donderdag aanstaande zit ik met onze jeugdraad bij de minister en vrij snel daarna met NOC*NSF.
Lees eerdere columns van Jan Dirk op
https://nlmagazine.nl/columnisten/column-jan-dirk-van-der-zee