NLMagazine Maatschappij, geschiedenis, slavernij - Heel wat bewindhebbers van de West-Indische Compagnie (WIC) kwamen hier vandaan. Er zijn er in ieder geval 34 bekend, afkomstig uit 6 families. Zo ook de familie (Snouck) van Loosen, van het Snouck van Loosenhuis aan de Oude Haven in Enkhuizen.
Schippers konden in die tijd via een speciaal poortje de koepel van dit pand bereiken om zaken te doen. In 1784 charterde Dirk Elias van Loosen het fregatschip ‘de Paramaribo’, onder directie van de Enkhuizer gebroeders Haak, om naar Elmina (het huidige Ghana) te varen. De belangrijkste vracht: brandewijn. Vandaar voer het schip naar Suriname of Curaçao met een lading slaafgemaakte mannen, vrouwen en kinderen. Volgens de instructies mochten de hoofdofficieren van het schip 4 tot 6 slaafgemaakten voor eigen rekening verhandelen. Dat was een gebruikelijke ‘aanmoedigingspremie’ destijds.
Nog een erfenis uit de tijd van de slavenhandel is de vondst van kaurischelpen tijdens recente opgravingen in Enkhuizen. Deze schaarse schelpen werden door de Verenigde Oost-Indische Compagnie aangevoerd vanuit Azië en door de WIC als ruilmiddel gebruikt in de mensenhandel in Afrika. Later werden ze ook meegenomen naar het Caribisch gebied en Suriname, waar de kaurischelp – ook wel ‘papa moni’ – symbool staat voor welvaart en vruchtbaarheid. Tegenwoordig wordt de schelp nog steeds in sieraden verwerkt.
Bron: Provincie Noord-Holland
