NLMagazine Maatschappij, Geschiedenis - De Zaanstreek is op vele vlakken verbonden geweest met de Atlantische slavernij. Zo werd hier van alles geproduceerd, van slavenschepen tot gezaagd hout, raap- en lijnolie, loodwit en papier voor de slavenkoloniën.
Jurriaan Manus Schooneveld was een zeeman uit Zaandam. In de eerste helft van 18e eeuw bracht hij het tot kapitein en voer hij regelmatig op en neer naar Suriname. Tussen 1730 en 1755 in ieder geval 17 keer. Hij liet zelfs een eigen schip bouwen, de Vrouwe Maria Anna. Behalve goederen (heen) en plantageproducten (terug) nam hij ook passagiers mee.
Daaronder groepen soldaten en ook bekende plantage-eigenaren. Schooneveld kwam oorspronkelijk uit Duitsland en was lid van de Lutherse kerk in Zaandam. Hij moet al vroeg een welvarend man zijn geweest, want al in de jaren 1720 deed hij 2 schenkingen aan deze kerk: een zilveren schaal op een voet, waarschijnlijk voor het avondmaal, en een koperen kroonluchter.
Schenkingen aan de kerk
Veel kerken in Nederland hebben schenkingen ontvangen van mensen die rijk zijn geworden dankzij de slavernij. Die schenkingen deden de handelaren deels uit dankbaarheid voor god of de geloofsgemeenschap, maar ook om geluk af te dwingen. Op veel reizen moest de kapitein een dagsluiting houden, waarin hij – en de gehele bemanning – god bedankt. Zo hoopte hij een veilige overtocht te maken.
Bron: Provincie Noord-Holland