Column door Fred van Assendelft - NLMagazine/Columns - Dat is het einde, dat doet de deur dicht - Daar zijn geen woorden voor - Ja, dat is tra-la-la-la-la-la-la - Ja, dat is tra-la-la-la-la*
Brenda Laural (1950) beschrijft in haar boek Computers as Theatre hoe informatici alles graag willen platslaan in wiskundige modellen en dat willen ze ook doen met communicatie. Met IT-ogen bezien is een gesprek een dialoog waarbij je om de beurt een zin uitspreekt. Maar er komt meer bij kijken dan alleen dat.
Johnny Hoes zong het al: Daar zijn geen woorden voor. Want probeer een computer maar eens duidelijk te maken dat er stopwoorden moeten worden gebruikt. Taalwetenschapper Mark Dingemanse (1983) onderzocht deze woorden en noemde woorden als huh, oh en mmm de smeerolie van gesprekken. Volgens zijn onderzoek (Radboud Universiteit Nijmegen) zijn één op de zeven van deze uitingen, woorden in alledaagse gesprekken. Zij dragen bij aan het begrip. Net zoals gebaren, interrumperen, knikken, fronsen en lachen.
LLM’s (Large Language Models) is een taalmodel dat als ChatGPT menselijke taal in patronen probeert te vangen en het kan daardoor op menselijk lijkende antwoorden geven op vragen. Kennis is echter in hoge mate ook afhankelijk van tijd en plaats: bijna vijftig jaar geleden heb ik in Culemborg gewoond. De looproute naar het haventje kon ik mij onlangs niet meer zo voor de geest halen, maar toen ik een paar weken geleden in de Vrijstad was, liep ik er zo naartoe. Alleen door er te zijn kwam de route in mijn geheugen weer boven.
Al deze kennis van (het gebruik van) stopwoorden, gebaren, een glimlach op het juiste moment en van plaatsgebonden herinneringen kunnen niet in AI worden gemodelleerd. Voor het begrip menselijke taal zijn niet alleen taalwetenschappers, programmeurs en rekenkracht van computers nodig, maar ook sociologen, psychologen en antropologen. Voorlopig lijkt het erop dat een computer veel tra-la-la-la-la-la-la kan produceren maar voor de rest zijn er geen woorden voor.
*Een liedje van Johnny Hoes en De Feestneuzen uit 1965 geschreven door O. Nagel, H. Christ, L. de Vos.
De column is zeer losjes gebaseerd op een artikel van Felienne Hermans uit het NRC van 19 juni 2025.









