Column door Fred van Assendelft - NLMagazine/Columns - “Jullie zijn rare mensen”, zei mijn kleinzoon van zes tegen zijn oma en zijn broer van vier. De vierjarige had juist de hulp van oma ingeroepen, omdat het hem niet lukte de mecanodelen aan elkaar te krijgen.
Wat hij ging maken of bouwen wist hij nog niet, al knutselend werd het wel wat. Grote kleinzoon kwam met een moertje aanzetten en vertelde de twee niet al te beste knutselaars: “Je moet wel een moertje gebruiken om die schroeven vast te maken, hoor.”
Per slot van rekening was hij al zes en zat in groep drie: “Volgend jaar ga ik naar de middenbouw en daarna naar de bovenbouw.” Zijn carrièreplanning zat al helemaal in zijn hoofd. Hij wist ook al wat hij wilde worden: “Ik word politie !” Boeven vangen leek hem een prachtig beroep, vooral omdat zijn opa hem voor het naar bed gaan er spannende verhalen over kon vertellen. De politie kreeg de boef altijd te pakken, een agent was een held.
Met zijn kleine vingertjes, de fijne motoriek nog niet helemaal volmaakt, probeert kleine broer samen met oma de stukjes metaal goed vast te zetten. Een beetje onder de indruk van de kennis van zijn broer is hij natuurlijk wel. Hij kende het woord ‘moertje’ niet en had geen idee hoe schroeven en moeren met elkaar samenwerkten om twee delen aan elkaar vast te zetten. ‘t Ja, alles moet een keer geleerd worden.
Grote broer doet het voor. Ook hij heeft wat problemen om het schroefdraad van de schroef goed in dat van de moer te krijgen, maar uiteindelijk zitten de delen een beetje aan elkaar. Oma draai het geheel goed vast. Zo weer een klus geklaard.
Vol trots laten beide broers het resultaat zien: “We hebben een sleutel gemaakt, je kunt de deur er mee open maken.” Dat moeten ze natuurlijk even laten zien aan de buitendeur. De jongste houdt het gevaarte voor het sleutelgat, de oudste draait gauw aan de knop om de deur te openen. “Zie je wel, het
werkt !”
Prachtig, wat knap dat jullie dat zo gemaakt hebben, klasse ! Ach ja, we zijn rare mensen.